In onze provincie kennen we verschillende grondsoorten, zo is er in het noorden de klei, in het oosten het zand en in zuidelijke richting het veen. Vaak ligt er bovenop het veen een laagje klei. Vooral rond de meren is er het veenweidegebied. Van oorsprong is het land in het veenweidegebied drassig. Met zware machines is het moeilijk het land te bewerken.

Midden vorige eeuw is men begonnen het grondwaterpeil in deze gebieden te verlagen. Hierdoor kregen de agrariërs meer mogelijkheden hun landbouwbedrijven te ontwikkelen. Het Wetterskip is verantwoordelijk voor het waterpeil in de provincie Fryslân. Een niet voorzien probleem diende zich aan. Door het verlagen van het waterpeil komt het veen droog te liggen. Hierdoor oxideert het veen en zal de bodem zakken. Dit heeft weer tot gevolg dat het land weer drassig wordt, het waterpeil wordt weer verlaagd en het veen oxideert weer verder. Daar komt bij dat bij het oxideren van het veen heel veel CO2 vrij komt. Per jaar zakt het veen ongeveer 1 cm.

De provincie Fryslân, het Wetterskip en de acht gemeenten, waar het veen zich bevindt, zijn bezig met een plan het tij te keren.