Terugblik commissie Boarger en Mienskip van 13 februari 2013 – Peter Kranendonk
In deze terugblik ga ik in op twee onderwerpen die in de raad behandeld zijn:
Visiedocument “Naar een Veerkrachtig Sociaal Domein" en de Nota “Museumbeleid".
Visiedocument: “Naar een Veerkrachtig Sociaal Domein”.
We krijgen in de komende jaren te maken met belangrijke taakverschuivingen op sociaal gebied van rijk naar gemeente: Jeugdzorg, Participatie (Werk) en de AWBZ (begeleiding) naar de WMO.Daarvoor is door het college een integrale visie opgezet als kader voor de aanpak in het sociale domein met onder meer proefprojecten voor een nieuwe werkwijze.
Wij vinden dit een goed leesbaar en inzichtelijk stuk dat onze inhoudelijk onze steun heeft. Het gaat uit van de wensen en mogelijkheden van inwoners zelf, gebiedsgericht werken en van dienstverlening op maat.
WMO-platform en cliëntenraden belangrijk.
De procedure bij de voorbereiding is helaas minder goed verlopen. Door het WMO-platform en WBB-cliëntenraad zijn brandbrieven gestuurd, omdat men in niet bij dit document betrokken is.
Er zijn door de wethouder Sjoerd Tolsma alsnog spoedgesprekken gevoerd en er is beterschap beloofd. Lastig was wel dat we in de commissievergadering geen kennis hadden van de reacties van beide belangrijke gebruikersorganisaties. Op mijn vragen is door de wethouder meegedeeld dat hij inmiddels maatregelen heeft getroffen om herhaling van deze communicatiefouten te voorkomen en de toezegging gedaan dat hij alsnog zorgt voor een verslag van het overleg met beide organisaties. Dat alles vóór de raadsbehandeling van 28 februari.
Reacties van de organisaties en het verslag van het overleg zijn inmiddels ontvangen. Deze geven een positief oordeel over het document, maar noemen ook belangrijke aandachtspunten voor het vervolgproces: meer aandacht voor de vraagzijde en het inschakelen van WMO- en cliëntenraden bij de projecten. Het advies om meer te doen met de aanpak van de stichting Mienskipssoarch uit Boarnsterhim is ook een interessante toevoeging. Het college heeft aangegeven deze aanbevelingen te betrekken bij het vervolgproces. Wij vinden het belangrijk dat er ook daadwerkelijk iets mee gebeurt voor een goede kwaliteit in de sociale dienstverlening.
Nota Museumbeleid.
“College, prijs je gelukkig met zoveel gevarieerde musea in je gemeente én met de Stichting Samenwerking Musea ZWF! Een rijke schakering van organisatievormen, vrijwilligers en professionals: goed passend in onze grote en vooral diverse gemeente. Dus alle reden om een mooi en enthousiast verhaal te maken in samenspraak met het rijk gevarieerde museumveld.”
Zo begon ik mijn bijdrage in de commissie over een omvangrijke, maar teleurstellende nota met een weinig inspirerende toonzetting. Eigenlijk alleen maar een inventarisatie met als voornaamste beleidsvoornemen een breed onderzoek naar registratie (landelijk keurmerk) en verdere samenwerking van de musea. En als bedreiging voor de kleinere musea: als officiële registratie met alle kwaliteitseisen niet haalbaar blijkt, dan is men geen onderdeel van het museumbeleid en heeft men geen recht op steun en geregelde subsidie. Dank voor de stimulans!
Vervolgproces moet beter
En ook hier een teleurstellende communicatie met de betrokken instellingen bij de totstandkoming van deze nota. De brief en ook de vele reacties van de afzonderlijke musea spraken op dit punt boekdelen. Geen fraai beeld: men voelt zich buiten het proces staan en is er geen onderdeel van.
Ik constateerde dat de betrokken wethouder (Wigle Sinnema) ook op dit onderdeel van het cultuurbeleid (na alle commotie rond de bezuinigingsbrieven aan de amateurkunst) het ‘relatiebeheer’ niet goed op orde heeft. Anders komen er niet zulke brieven en reacties. Gemiste kans en niet meer van deze tijd.
Samenvattend hebben we op vier punten voorwaarden gesteld en toezeggingen gevraagd voor een ordentelijke behandeling in de raadsvergadering:
- Betere en duidelijker communicatie met de musea in het vervolgproces.
- Aanpassing /correctie in de definitieve nota van alle foute en storende formuleringen.
- Een positieve waardering en inzet voor instandhouding van met name de kleine musea. Geen rigide benadering van registratie als voorwaarde voor steun en subsidie: het is nadrukkelijk onderwerp van onderzoek.
- Geen directe vertaling van onderzoeksresultaten in subsidieregels, maar eerst conclusies en beleidskeuzes voorleggen aan commissie en raad.
Inmiddels is een memo door de wethouder opgesteld voor de raadsbehandeling, waarbij op drie punten duidelijke toezeggingen worden gedaan. Alleen wordt nog vastgehouden aan registratie als stringente eis voor opname in het gemeentelijk museumbeleid.
We komen daarom met een amendement om kleinere musea, waarvoor registratie niet haalbaar blijkt, niet op voorhand uit te sluiten van opname in het museumbeleid (en daarmee samenhangende ondersteuning en subsidie). Wordt vervolgd.
Peter Kranendonk, commissielid